Transformatie en de 'onderkant van de U' in Otto Scharmer's Theory U

Otto Scharmer's Theory UIn Theorie U van Otto Scharmer bevindt zich een mysterieuze en vaak niet werkelijk begrepen fase, namelijk die van de onderkant van de U. Scharmer heeft het daar over luisteren met een 'Open wil', en van Presencing, een combinatie van 'aanwezig zijn in het nu' (Presence) en 'voelen' (Sensing). En hij spreekt over je verbinden aan de bron (connecting to the Source). Scharmer rept niet zoveel over de persoonlijke worsteling en pijn die daar bij lijken te horen, en ik vermoed dat hij het U-proces daarmee lichter doet voorkomen dan het werkelijk is. Wat gebeurt daar precies in die onderkant van de U? Een recente ervaring gaf me daarin nieuwe inzichten.

Transformatie
De onderkant van de U is niet voor niks een bocht. Daar vindt een fundamentele transformatie plaats. Scharmer spreekt van Letting go (van het oude) & Letting come (van het nieuwe). En hij spreekt over de Voice of Fear die dat nieuwe kan tegenhouden. Maar waarom is er angst? Scharmer lijkt te zeggen dat het angst voor het loslaten is, en de leegte die dan ontstaat, een leegte die nodig is als ruimte voor het nieuwe. Maar misschien is er meer.


Een praktijkvoorbeeld
In een meerdaags persoonlijk ontwikkelingsproces dat ik begeleidde gingen deelnemers door een gestaag proces van zelfonderzoek. Deelnemers onderzochten hun persoonlijke belemmeringen, hun angsten en hun verlangens, en ook hun potentieel, hun talent, en hoe dat meer tot z'n recht kon komen. De tweede dag gingen zij steeds scherper zien wat moest gebeuren in hun ontwikkeling, wat zij hadden los te laten om hun ontwikkeling voort te laten gaan. Zij daalden als het ware af in de linkerpoot van de U. Wat zij ontdekten bleek niet vrijblijvend: het was een ontdekking van 'hoe het is'. Er was daardoor geen sprake meer van een keuze, want 'wat nodig is' werd voor hun ogen zichtbaar, als een gegeven. Het was alsof zij daar niet over gingen. Het ging erom 'wat is' toe te laten, te accepteren. Dit toelaten van wat is bleek een noodzakelijkheid, een natuurlijke orde. De enige waarachtige weg die er was. (Brian Arthur, een belangrijke inspiratiebron voor Otto Scharmer en zijn Theory U, noemt het dan ook 'Terugtrekken naar een plaats van dieper weten'. Scharmer zelf spreekt over 'Open wil' omdat we onze eigen wil moeten loslaten ten behoeve van iets groters). Dit weten gaf hen angst, want de poort naar het nieuwe bleek bewaakt te worden door hun 'blauwe plek': de verwondheid die zij vanuit hun persoonlijke verleden met zich meedragen.

Hoe de onderkant van de U en de blauwe plek samenkomen
Mij werd duidelijk dat vóórdat we daar onderin de U ons kunnen verbinden met de bron van creativiteit en leven (connection to the source), we eerst onze blauwe plek of persoonlijke verwondheid onder ogen moeten komen. Dat verklaart ook waarom ontwikkeling zo vaak moeilijk en pijnlijk is. Daarom vraagt ontwikkeling ook moed om deze weg te gaan: Precies waar de sleutel tot transformatie verborgen ligt, daar is ook het monster van onze pijn, en om de sleutel te krijgen, moeten we het monster confronteren.

Wat maakt dat de basis van de U en de blauwe plek zo overeen lijken te komen? Is het zo, dat onze fundamentele verwondheid ons weerhoudt van werkelijk inzicht en werkelijke transformatie? Is het zo, anders gezegd, dat onze verwondheid ons weerhoudt de stroom van de natuurlijke orde te volgen? In ieder geval: zo werd het in dit groepsproces aan mij getoond.

De Bron: Een punt in ruimte en tijd
De onderkant van de U leer ik kennen als een 'punt' in ruimte en tijd waar alles zich op concentreert. Zo staat het ook in bovenstaande afbeelding. Het bewegen naar de onderkant van de U is als een afdaling, waarin we dat punt steeds dichter naderen. Dat punt is de bron, vervuld van het nieuwe, én van de blauwe plek. Precies daar komen verleden en toekomst samen. Op een bepaald moment in het proces ontstaat er een soort trekkracht vanuit dat punt, als de zwaartekracht die je ernaartoe trekt. Wellicht wordt je getrokken omdat je intuïtief weet dat precies daar het antwoord ligt. Maar dit punt vervult je ook van angst, omdat je weet dat je ergens doorheen moet. Je bent bang erin te verdwijnen, de controle te verliezen, 'op te lossen' in leegte of pijn. Dat is iets waar je logischerwijs tegenaan hikt. 

Door de pijn heengaan
Wat gebeurt er als je er doorheen gaat? Eerst bouwen de angst en de benauwenis zich op, soms tot een bijna ondraaglijk niveau. Dan breekt er iets, en komt de pijn in volle hevigheid over je heen. Als een vulkaan die uitbarst, of een stuwdam die breekt. Er volgt een korte hevige stroom van intense gevoelens, die je het gevoel geeft dat je de controle verliest. Dan wordt het al snel rustig. Er ontstaat een nieuwe orde. De spanning van de oplopende druk is weg. Het voelt als een opluchting. 

Daarna voel je je helder, schoon, open, nieuw. Er is energie en lucht. Je voelt je verbonden, zowel met jezelf als met je omgeving. Mijn indruk bij mensen die dit doormaken (en mijn eigen ervaring) is dat ze niet alleen opener zijn, maar ook krachtiger, scherper, intelligenter, meer in contact met de realiteit, dus waarachtiger, echter.

De noodzakelijkheid van de worsteling
Het lijkt in veel gevallen een noodzakelijkheid: om een dieper inzicht te krijgen, of een diepgaande ontwikkeling door te maken, moet zich eerst een zekere weerstand daartegen opbouwen. Misschien is de stuwdam - de weerstand tegen verandering - nodig, niet alleen voor de ontlading, maar ook voor het inzicht. Zoals de broeierigheid voor een onweersbui nodig is, om de bevrijding van het onweer te laten ontstaan. 

En zo kom ik weer op wat ik nu steeds vaker concludeer en waarneem: dat alles goed is zoals het is. De weerstand, de worsteling, de opbouw van de druk, de angst voor de ontlading, de ontlading zelf, en de rust en de helderheid daarna. Dat proces is ook overal als orde zichtbaar in de natuur. 

Het inzicht dat alles goed is zoals het is kan een hoop troost geven, en kan je helpen 'de loop der dingen' te accepteren, ook als het even tegenzit.